Wat is een aigrette?
Het woord aigrette is afgeleid van het Franse woord ‘egret‘, dat zilverreiger of reigers-pluim betekend. Ook de verenbos zelf werd aigrette genoemd. In de 19e eeuw was het dragen van veren, bijeengehouden door een juweel dat een aigrette wordt genoemd, erg populair. Het was een uitwaaierend sieraad dat werd gedragen op een hoed, pruik of tulband.
De oorsprong van de aigrette
De oorsprong van de Aigrette begint in de 12e eeuw in India. Tulbanden hadden toen reeds als versiering een pluimvormig ornament bestaande uit een houder van zilver of goud waarin pluimen konden gezet worden. De chelegnk of aigrette bleef tot in de 19e eeuw in gebruik als een hoge onderscheiding. Ze symboliseerde de band tussen religieus en seculier leiderschap in India.
De geschiedenis van de aigrette
In het midden van de 17e eeuw werd de aigrette ook in Europa populair. Ze werden eerst enkel door mannen gedragen die van zeer hoge of zelfs koninklijke afkomst waren. Maar al snel werden ze zo populair dat ze door zowel mannen als door vrouwen werden gedragen. Het sieraad veranderde van vorm: niet enkel de houder van de veer werd als sieraad gemaakt, maar ook de veren werden vanaf nu in het sieraad verwerkt als een gestileerde versie van echte veren.
Een aigrette kon nu ook een broche zijn met gestileerde veren. Tegen het einde van de 17e eeuw werd de aigrette weer minder vaak gedragen, maar niet voor lang.
Materialen en stijlen
Aanvankelijk bevatte de aigrette parels en diamanten, maar al tegen het eind van de 17e eeuw werden er ook andere edelstenen en emaille in de aigrette verwerkt. Soms werd de aigrette afgewerkt met lichte metalen staven met edelstenen die trilden bij elke beweging, de zogenaamde tremblant. Dit zorgde voor een schitterend effect bij de vele feesten die toen allemaal met kaarslicht werden verlicht.
Tegen het einde van de 19e eeuw kwam de aigrette terug in de mode door de Rococostijl, waarin torenhoge pruiken en haardrachten met brede banden populair werden. Er kwamen nu ook andere stijlen van aigrettes, en er werden sterren, vogels en bloemmotieven gebruikt in de plaats van de veren.
Vanaf 1870 tot 1914, tijdens de Belle Epoque was alles met veren erg populair, en dus ook aigrettes. Ze werden gedragen om naar de opera te gaan of naar feestjes. De aigrette werd al dan niet gecombineerd met een tulband. Rond 1910 was immers alles wat een beetje een oosterse sfeer uitstraalde immens populair. De hang naar alles wat oosters was zag je ook terug bij de Egyptische revival door de ontdekking van de schat van Toetanchamon in 1922. Aan het Britse hof was tot 1939 iedere dame zelfs verplicht om bij haar avondtoiletten een aigrette te dragen!
Tegenwoordig zie je nog maar erg weinig aigrettes. Je ziet ze hoogstens bij royalty of op speciale high end feestjes.
Jammer, want zo gaat er een stukje geschiedenis van een bijzonder sieraad verloren.